De grappa van Berta heeft een lange historie. Eind negentiende eeuw werden Michele en Giovanni Berta, zonen van Francesco Berta, geboren in een ouderwets, druiven verbouwend boerenbedrijfje in de heuvels van Piemonte. Toentertijd was het niet gebruikelijk om het land te verdelen tussen de zonen. Michele, de jongste van het stel, moest daarom een andere vorm van broodwinning vinden. Het werd farmacie, een ongebruikelijke keuze in een tijd waarin de kerk nog prominent haar deel opeiste. In de jaren dertig opende hij een kleine apotheek in Milaan. De ondernemende broers gingen al snel samenwerken: wijnen per fles en glas én elixers als grappa vlogen over de toonbank van de Milanese winkel. Die toonbankverkoop had tevens een positief effect op de directe verkoop thuis in Casalotto.
Ambachtelijke grappa’s en likeuren
Het bedrijf groeide, maar de twee Wereldoorlogen brachten onrust en (economisch) zware tijden. Toch lukte het Paolo, een van de kleinzonen van pater familias Francesco, om in 1947 af te studeren in de oenologie. Paolo richtte zich op de ambachtelijke kant van het proces en zijn werk werd beroemd. Vooral bij buitenlandse bezoekers vielen de grappa’s en likeuren in goede aarde. Langzaamaan kreeg de kleine distilleerderij Nizza in de streek Monferrato – in de provincie Asti – een steeds grotere internationale bekendheid. Het bedrijf groeide.
Innovatie
Tot op de dag van vandaag zetten Paolo en zijn zonen de traditie van innovatie en kwaliteit voort. Zo waagden zij als een van de eersten de gok om grappa’s lange tijd op eiken te laten rusten. Ze houden nauwgezet bij welke wijnboeren de juiste druivenmost verkopen, en alleen de hoogste kwaliteit grappa belandt in hun riserva’s.